Dit artikel is onderdeel van de artikelserie Vaste activa. Is deze module nieuw voor je? Begin dan hier:
Vaste activa - IntroductieAan een activum kun je een stopwaarde en een restwaarde toevoegen. Twinfield stopt dan met afschrijven zodra de stop- of restwaarde is bereikt. Hieronder is toegelicht hoe Twinfield omgaat met beide waardes.
| Waarde____________ | Toelichting |
|---|
| Stopwaarde | Als je afschrijft met één van de onderstaande redenen, dan kun je bij het afschrijven de stopwaarde negeren zodat je na de afschrijving een boekwaarde overhoudt die onder de stopwaarde ligt. Meer over redenen lees je hier: Bronnen en redenen vastleggen
|
| Restwaarde | Het is niet mogelijk om bij het afschrijven de restwaarde te negeren zodat je na de afschrijving een boekwaarde overhoudt die onder de restwaarde ligt. Geen enkele afschrijvingsreden kan de restwaarde negeren. |
Goed om te weten: In de lineaire en degressieve afschrijvingsmethodes wordt er gerekend met de restwaarde en niet met de stopwaarde. Lees meer over de afschrijvingsmethodes in:
Welke afschrijvingsmethodes zijn er?Goed om te weten: Als je een activum aan een groep koppelt, dan kun je per boekjaar een andere stopwaarde instellen zonder dat reeds gemaakte afschrijvingen in vorige boekjaren hierdoor aangepast worden. Als je de stopwaarde in een individueel activum dat niet aan een groep gekoppeld is aanpast, dan worden de reeds gemaakte afschrijvingen in vorige boekjaren wel aangepast. Meer over groepen lees je in dit artikel:
Groepen vastleggen (optioneel)Goed om te weten: In sommige gevallen wil je dat de restwaarde vanaf een later afschrijvingsmoment gehanteerd wordt. Dit is mogelijk met het hanteren van verschillende afschrijvingsmethodes. Hierover lees je in dit artikel:
Vaste activa - Werken met een later ingaande restwaarde
